Juiste maat manchet bepalen

Om de bloeddruk te meten heb je uiteraard een manchet of bloeddrukband nodig. Deze banden zijn er in veel verschillende maten. Niet elke band is voor iedereen geschikt. Een manchet moet goed aansluiten om de arm. Hij mag niet te los of te strak zitten. Gebeurd dit wel dan is de meting mislukt en heeft u een inaccurate waarden.

Om de juiste maat manchet te bepalen is het verstandig om de arm te meten. Meten is immers weten.

Om te meten maken we allereerst een onderscheid tussen de 2 verschillende soorten bloeddrukmeters. Een bovenarm bloeddrukmeter meet uiteraard om de bovenarm. Een polsbloeddrukmeter meet om de pols heen. Voor beide bloeddrukmeters geldt in principe hetzelfde principe. Ze moeten goed zitten om een correcte meting te krijgen.

 

Bovenarm bloeddrukmeters

Het bepalen van de juiste maat manchet voor een bovenarm bloeddrukmeter is eenvoudig. Veel bovenarm bloeddrukmeters hebben een universele maat die nagenoeg voor iedereen geschikt is. Toch is het raadzaam om de arm na te meten voor diegene die een wat bredere of juiste smallere bovenarm hebben. Het bepalen van de juiste maat gaat als volgt:

 

Stap 1 – bepaal de arm waaraan wordt gemeten

Elke bovenarm is verschillend. De omtrek van een linker bovenarm kan anders zijn dan de omtrek van een rechter bovenarm. Dat komt door de spieropbouw. Een arm die meer wordt gebruikt heeft meer spiervorming waardoor deze meestal wat dikker is. Het is daarom goed om te bepalen aan welke arm u gaat meten.

De richtlijn die u hiervoor gebruikt is als volgt. Er dient gemeten te worden aan de arm die u het minste gebruikt, of de arm die wordt aangeraden door uw (huis)arts. Mensen die voornamelijk linkshandig zijn dienen te meten aan de rechterarm. Mensen die rechtshandig zijn dienen te meten aan de linkerarm.

Het kan zijn dat uw (huis)arts u aanraadt om bijvoorbeeld aan uw rechterarm te meten terwijl u rechtshandig bent. Dat wordt vaak gedaan indien er aan de linkerarm of zij is geopereerd.

Er zijn ook artsen die zeggen dat er altijd aan de linkerarm gemeten dient te worden. De reden hiervoor is dat de linkerarm dichterbij het hart zit. Dat komt uit het verleden vandaan en is achterhaald. Dat kwam voornamelijk doordat iedereen rechts moest schrijven ondanks dat ze links waren.

Het is belangrijk dat als u de juiste arm heeft bepaald u niet meer wisselt van arm. U kunt een bloeddrukmeting aan de linkerarm niet vergelijken met een bloeddrukmeting aan de rechterarm.

 

Stap 2 – gebruik een stoffen meetlint

Zodra u uw arm heeft bepaald dient u de omtrek van de bovenarm te meten. U kunt dit het beste doen met een stoffen meetlint. Een stoffen meetlint kan namelijk eenvoudig om de arm heen gelegd worden. U dient te meten op het dikste punt van de bovenarm. Houdt hierbij de arm in een slappe houding. Het meetlint houdt u strak. Van het meetlint leest u de gemeten centimeters af. Voeg hier 0,5 tot 1 centimeter aan toe. Dat is de maat die u nodig heeft

De maten van bovenarm omtrekken liggen veelal tussen de 12 en 52 centimeter. Onze ervaringen zijn:

  • Baby’s – tussen de 12-17 centimeter
  • Kinderen – tussen de 15 en 22 centimeter
  • Ouderen – tussen de 17 en 32 centimeter
  • Volwassen – tussen de 22 en 52 centimeter

Flexibele manchetten zijn beschikbaar in de maten 12 tot 52 centimeter. Voorgevormde manchetten zijn alleen beschikbaar in een universele maat van 22 tot 42 centimeter.

 

Polsbloeddrukmeters

Het bepalen van de juiste maat voor een polsbloeddrukmeter is vergelijkbaar met die van een bovenarm bloeddrukmeter. De maten zijn alleen kleiner. Ook hierbij geldt dat u de juiste pols bepaalt.

Als u gaat meten, dan moet u ongeveer 4 tot 5 centimeter onder het polsgewricht gaan meten. Dat is de exacte locatie van een polsbloeddrukmeter. De gemeten waarden ligt meestal tussen de 11 en 22 centimeter. De meeste polsbloeddrukmeters bieden ook deze maat aan.